pexels-cesar-aguilar-1123767

Travel stories – Tijd voor avontuur

Hola! Doe eens even je ogen dicht. Probeer je in te beelden dat je in een wuivende hangmat ligt. Op de voorgrond hoor je het slaan van de golven in de zee, op de achtergrond een scala aan vogels en insecten. Naast je staat een ijs-en-ijskoud biertje, zo eentje waarbij de druppels condens een plasje vormen op het tafeltje. Got it? Nou, dan heb je nu een beetje een idee hoe ik er bij zit (lig!) op dit moment.

Puerto Viejo. Costa Rica. Puerrrr(rollende-r)to Viej(g op z’n brabants)o. De zon gaat onder, het is hier 17:15, en ik ben op dit moment denk ik het gelukkigste mensje op aarde. 2 weken in Costa Rica liggen nog in het verschiet. Een beetje vakantie, een beetje werken, en heel veel ‘gewoon leven’. Ik ben hier op bezoek bij Steven en Diana, twee prachtmensen waarmee ik een paar maanden geleden het pad kruiste. Steven en Diana helpen me om mijn niet-stillende honger naar reizen te combineren met het ondernemer zijn.

De reden dat ik 2 jaar geleden begon met ondernemen was om meer vrijheid te ervaren. En dan niet in de zin van ‘4-dagen-in-de-week-op-de-bank-hangen-met-netflix’ vrijheid, maar vrij om te doen wat goed voelt en waar ik energie van krijg, ook al betekent dat soms ook héél hard werken. Maar doordat ik als ZZP’er alsnog veel uren, dagen, weken en maanden op een kantoor doorbracht, ervaarde ik die vrijheid nog niet echt. In de zomer werk ik knoeterhard op en voor festivals, wat ondanks de lichamelijke vermoeidheid écht voelt als op vakantie zijn, maar in de winter ben ik als een vogel in een kooitje. Opgesloten, wachtend op de dag dat het slotje weer open springt en ik op weg mag naar avontuur. En dan het liefst in 30 graden.

Deze twee weken staan voor mij dan ook volledig in het teken van mezelf bevragen, mezelf uitdagen en vervolgens actie ondernemen. Daar helpen Steven en Diana bij, en daar ben ik ze (nu al) eeuwig dankbaar voor. Goed, genoeg gepreekt, het is tijd voor het eerste verslag van deze reis. Want zodra ik weer op reis ga, stromen de appjes, mailtjes en DM’s met de vraag wanneer er weer een nieuw verhaal online staat, binnen. Wat ik uiteraard ontzettend leuk vind! Ooit begonnen als een manier om mijn soloreis door Thailand in 2015 te delen met mijn familie, is als een olievlek verspreid naar vrienden, buurmannen, buurmannen van vrienden, tantes van de buurman van vrienden, en collega’s van de tantes van de buurmannen van vrienden. Eng en leuk tegelijk! Ik heb er maar even een website voor gemaakt, zoals je nu ziet. Dan hoef ik niet meer al die vriendschapsverzoeken op facebook van onbekenden via-via te accepteren zodat ze zich kunnen verkneukelen aan mijn hersenspinsels.

First things first; de vliegreis. Ik vertrok ‘s nachts om 04:00 uur naar Schiphol, in m’n wagentje, in m’n uppie. Na het parkeren, backpack inchecken en een grote beveiliger die me van top tot teen fouilleerde, leek het me een strak plan om even wat te ontbijten. Na een klein croissantje van €7,95 en een net zo dure medium-maar-niet-te-zuipen-koffie was het tijd om te boarden. Nadat het mevrouwtje achter de boardingcounter al 84 keer had omgeroepen dat het voor reizigers die onlangs in China zijn geweest streng verboden was om in het vliegtuig te stappen, vroeg ze je dit ook nog een keer als ze jouw boardingticket checkte. “Have you been travelling to China in the past 2 weeks?” YES! Floepte ik eruit. Haha grapje, eh NO! I mean: NO! I’m sorry. Oeps… waar dat vandaan kwam, geen idee. Het vrouwtje keek me boos aan, en na een twijfelachtige blik mocht ik doorlopen. Fieuw, was dat even op het nippertje. Op naar New York!

Zolang ik me al kan herinneren heb ik een enorme fascinatie voor ‘the city that never sleeps’. Dus ik was enorm blij dat ik met deze overstap in ieder geval een glimpsje van de prachtige skyline mocht opvangen. Als je tenminste aan de goede raamkant van het vliegtuig zat. Waar ik dus níét zat. Na een bijna-ruzie met homeland security omdat ik vanaf een opstapje bij de paspoortcontrole door het raam een blik kon werpen op de prachtige hoge gebouwen, was mijn eerste avonturen-honger wat geluwd. Wel figuurlijk hé, ik had namelijk echt honger als een paard. Bij de eerste de beste American Diner die ik kon vinden bestelde ik een dikke burger met nog dikkere frieten. En dat was maar goed ook, want als ik op een lege maag en chronisch slaaptekort de mededeling had gekregen dat we minimaal 2 uur vertraging zouden hebben dan had een FBI-swat-team me hoogstpersoonlijk moeten tegenhouden om niet de omroepster aan te vliegen. Verder heb ik wel een relaxte persoonlijkheid hoor 🙂 Na 2 uur en 53 minuten vertraging (waar ik dan weer van baalde, want bij 3 uur vertraging krijg je veel moneys als vergoeding) zat ik eindelijk opgepropt op de meest rechtse stoel van de allerachterste rij van het kleine vliegtuigje. Een kwart van de dikke Costa Ricaan-buurman hing over onze gezamenlijke armsteun, waardoor de knopjes in de armleuning waarmee ik mijn tvscherm kon bedienen het opgaven. Na een paar foutmeldingen kreeg ik een rood scherm, en ik waande me even in Wie is de Mol. En toen eindelijk, na 24 uur wakker en onderweg te zijn; de aankomst op San Jose International Airport. Het moment waar ik al maanden naar uitkeek. Ik fixte een Uber naar m’n eerste hotelletje, waar ik vervolgens als een roosje in slaap viel. De volgende ochtend werd ik wakker om 5 uur. Hallo jetlag!

De o-zo-chagrijnige Costa Ricaan van het hotel maakte mokkend een ontbijtje voor me, en ik belde wederom een Uber om me te laten afzetten bij het busstation. Op naar Pierto Viejo! Toen ik me bij aankomst bij het busstation besefte dat ik tot dan toe volledig was vergeten om cash te pinnen zakte de moed me al in de schoenen. Biddend tot god dat ze ook creditcards zouden accepteren bij de busticketcounter stapte ik uit de taxi. En….. nope. Only cash. Manonnie moest met haar backpack op de rug in de zengende hitte op zoek naar een ATM. Met mijn tong op mijn knieen, al hijgend en puffend, vond ik na een kwartier een bank, en legde vol goede moed de route weer terug af naar het busstation. Ik was nu helaas wel te laat voor de zit-tickets, er waren alleen nog sta-tickets over. De volgende bus ging pas 2 uur later, en daar wilde ik écht niet op wachten. Maar echt álle liefde voor het kleine jongetje die zag dat ik moest staan in de bus, en besloot bij zijn moeder op schoot te kruipen. Toch nog een zitplek! Ik heb hem de hele reis stiekem snoepjes uit mijn tas gegeven als zijn moeder niet keek of in slaap was gevallen. De rit duurt soms 5 uur, soms 8 uur, afhankelijk van de driving skills van de buschauffeur, dus in mijn geval kwam ik al na 4,5 uur aan in Puerto Viejo. Een prachtige dollemansrit door jungles, over bergen en langs kustgebieden. En vervolgens tijdens een korte taxi-rit naar mijn hotel keek ik mijn ogen uit. Wát een prachtig dorpje. Overal surfers, mensen op van die gekleurde strandfietsen, reggae muziek en rastakapsels, en een prachtige kustlijn met rollende golven. Een heerlijk gezellig hotel met zwembad, een prachtige privekamer met en-suite deuren naar een balkon met hangmat, met een prachtig uitzicht over de zee.

Hier ga ik me wel even vermaken…

 

Voor het volgende verhaal in deze Costa Rica-serie klik hier: Surfdudes en slangen